Een eenvoudig effen geschilderde muur kan soms wat saai ogen. Gelukkig hebben schilders door de eeuwen heen verschillende technieken ontwikkeld om fraaie decoratieve muurpatronen te creëren. Deze technieken zijn nog steeds relevant en kunnen jouw interieur een unieke uitstraling geven. In dit artikel ontdek je diverse creatieve methoden om patronen op je muur te schilderen. Of je nu een beginner bent of al wat ervaring hebt, er is altijd een techniek die bij jouw smaak en stijl past.
Schilderen, muurpatronen aanbrengen d.m.v. verschillende technieken
Muurverf dient niet langer alleen als achtergrondkleur, maar wordt steeds vaker gebruikt als decoratieve toevoeging op wanden. Door je muren te voorzien van een structuur of patroon, geef je een geheel eigen karakter aan elke ruimte. Gelukkig is het aanbrengen van muurpatronen helemaal niet moeilijk. Met eenvoudige hulpmiddelen zoals een roller, spons, kwast, tamponeerborstel of zelfs sjablonen kun je verbluffende resultaten behalen. Zelfs als je geen professionele schilder bent, kun je met deze technieken snel aan de slag. Het is wel raadzaam om de techniek eerst een keer te oefenen, bijvoorbeeld op een kelder- of garagemuur.
Werken met sjablonen
Een effectieve manier om je muurpatronen een persoonlijk tintje te geven, is werken met sjablonen. Deze sjablonen zijn verkrijgbaar in winkels, maar je kunt ook zelf een ontwerp uitsnijden uit stevig karton of plastic. Het is belangrijk dat je de randen scherp uitsnijdt, zodat het patroon op de muur strak oogt. Om ervoor te zorgen dat het patroon horizontaal loopt, kun je een draadje als richtsnoer langs de muur spannen. Vervolgens bepaal je de afstand tussen de motieven en markeer je de punten waar het sjabloon moet komen met een potlood. Het sjabloon wordt met afplaktape langs de richtdraad tussen de markeringen op de muur bevestigd. Voor het beschilderen kun je het beste een wat bredere kwast gebruiken. Speciale kwasten voor deze schildertechniek zijn verkrijgbaar. Dispersieverf, die hetzelfde type is als de wandverf (acryl- of latexbasis), is bij uitstek geschikt voor deze techniek. Na het aanbrengen van een motief controleer je of er geen verf op de achterkant van het sjabloon zit en verwijder je indien nodig de verf. Vervolgens breng je het sjabloon op de volgende afstandsmarkering aan en schilder je het volgende patroon.
Werken met de spons
Met behulp van een spons kun je een onregelmatig, marmerachtig effect creëren op je muur. Op een neutrale ondergrond die minstens 24 uur droog is, dep je met de spons verf in een meestal contrasterende kleur op de effen geschilderde wand. Door het deppen ontstaan eerst afzonderlijke, wolkachtige motieven. Hoe vaker je dept, hoe meer een bepaald patroon ontstaat. Een natuurlijke spons is het meest geschikt voor deze techniek en is verkrijgbaar bij verffabrikanten. Bevochtig de spons in een verf-bak, maar doordrenk hem niet volledig. De intensiteit van het patroon wordt bepaald door de druk die je uitoefent. Lichtjes deppen is beter dan de spons hard op de muur drukken. Dep zo veel mogelijk verspreid en vermijd rechte lijnen voor een natuurlijk resultaat.
Strijk- of trektechniek
Een fijn gestreept patroon kun je verkrijgen door een brede, platte kwast verticaal over een eerder aangebrachte verflaag te trekken. Breng de verf eerst in 30 cm brede ‘banden’ aan en voorzie elke band onmiddellijk van het patroon voordat de verf enigszins indroogt. Trek van boven naar beneden. Het werkt het beste als je met z’n tweeën werkt: de een brengt de verf op, terwijl de ander de patronen trekt.
Werken met doeken
Deze techniek maakt gebruik van doeken, lappen, stukken vodden of grofmazig vitrage. Door een prop van deze materialen te maken, kun je fascinerende effecten bereiken. Breng een laag verf aan op een klein deel van de neutrale ondergrond. Gebruik een schone, pluisvrije textielprop om een bepaald patroon op te rollen en te drukken. Bedek het naastliggende vlak met verf (met een kleine overlapping!) en herhaal de handeling. Vouw de textielprop opnieuw wanneer deze zijn werking verliest. Net zoals bij de trektechniek kun je het snelst werken met een assistent: de een brengt de verf aan, terwijl de ander de patronen drukt.
Structuurverven
Voor een automatische structuur op je muur, zorg ervoor dat het muuroppervlak schoon, droog en zonder fouten is. Zelfstructurerende verf krijgt na het aanbrengen automatisch een bepaalde structuur. Normale structuurverf werkt anders: je brengt het gelijkmatig aan en creëert zelf het patroon of de structuur in de natte verf. Met behulp van verschillende gereedschappen, zoals een behangersborstel, tamponeerborstel, verfroller of lijmkam, kun je verschillende effecten bereiken. Het is raadzaam om de techniek eerst op een stuk karton of hardboard uit te proberen voordat je de muur zelf behandelt.